Een deel van het grensgebied tussen Mol en Dessel bestaat uit een lappendeken van grote waterplassen. Die plassen, waarvan de oudste dateren uit het einde van de negentiende eeuw zijn de overblijfsels van de witzandontginningen. Tussen 1843 en 1856 werd het Kempisch kanaal gegraven als een onderdeel van de verbinding tussen de Schelde en de Maas. In dezelfde periode werd het kanaal Dessel-Turnhout-Schoten gegraven en kwam er een verbinding tussen het Kempisch kanaal en de Demer in Hasselt. De aanleg van deze kanalen zorgde voor werkgelegenheid voor de arme bevolking in de streek. Het water van de kanalen maakte een overvloedige bevloeiing van landbouwgronden mogelijk. Landbouwontginningen in de tot dan toe onvruchtbare en desolate heidegebieden werden een onvoorwaardelijk succes.
Door het graven van de kanalen werd eerder toevallig het waardevolle witzand van Mol ontdekt. Het was Antoon Van Eetvelde die in 1862 als eerste een officiële vergunning kreeg om het witte zand te exploiteren. Een nieuwe industrie in de Kempen was geboren. De kanalen en het witte zand speelden daarna een sleutelrol in de economische ontwikkeling van de streek.
Eén van de waterplassen is de grote zandput Miramar, gelegen rechts van de straat Warande en momenteel een uiterst aantrekkelijke recreatieplas van ca 85 hectaren. De Miramar wordt omgeven door talrijke, deels residentiële vakantiewoningen. Tijdens de zomermaanden wordt de plas intensief gebruikt voor allerlei vormen van watersport. In de winter is de put van belang als pleisterplaats voor watervogels.
Hillewaere biedt 2 UNIEKE eigenommen TE KOOP aan, i.e.
Beide eigendommen worden discreet te koop aangeboden. Interesse? Contacteer ons via 014/45.10.11.